archiveren

meerdaags

Zaterdag 4 maart: Andel – Wijk&Aalburg – Biesbosch 37,5km

De bedoeling was eigenlijk om vanaf Wijk en Aalburg te vertrekken maar bij de tochtvoorbereiding kwam ik er gelukkig achter dat de sluizen en dus ook de Wilhelminasluis bij Andel op Zondag gesloten waren en een goed overdraagpunt was daar ver te zoeken. Om op Zaterdag door de sluis te varen zou mijn route de 1e dag te lang maken, want dan zou ik een paar km voor de sluis al het water op moeten dus besloot ik maar een paar 100m na de sluis in te stappen en daar mijn auto maar te laten staan.Tevens naar de jachthaven gebeld of de biesbosch niet dichtgevroren was ( al eerder tevergeefs hier naartoe gereden) maar dit was niet het geval.

Het weer was nog een beetje hei-ig maar het zonnetje zat er al wel aan te komen. Er stond geen zuchtje wind dus de afgedamde Maas was rimpelloos. Mogelijk kwam het door het carnavalsweekeinde maar ik kwam nauwelijks boten tegen. Na dik 11 km was ik Wijk&Aalburg voorbij en voer ik vlak voor Heusden onder de neerlaatbare damwand door de Maas op.

Eerst even de stroming bekijken. Ik stopte met peddelen en mn kano dreef met 0,5 tot 1km/u stroomafwaarts. Niet veel maar alles helpt.Deze rivier zou ik bijna 20km in westelijke richting af moeten peddelen. Gelukkig was het niet saai. Uit de dorpjes klonk het geluid van carnavalsmuziek, langs de kant waren her en der wat windmolens en een paar vissers die bezoek kregen van een controleur in speedbootje.

Na een kilometer of 10 zag ik dat de grote windmolens aan de kant in beweging begonnen te komenHierdoor kon ik de laatste kilometers voor de Amercentrale mijn Pacific-Action zeil opzetten zodat mn gemiddelde snelheid opliep van 7 naar 10km/u

Nadat ik onder de A27 was doorgevaren moest ik aan de rechterkant mn kano de dijk overdragen om via de Aakvlaai de biesbosch in te varen.

De Aakvlaai is een aangelegd natuurgebied dat dient als veiligheidszone bij hoog water en dan onder zal stromen.

Het bestaat uit vele kleine eilandjes met jonge aanplant. Ziet er leuk uit maar mijn kampeerplek bevond zich nog een paar km’s verderop. Sinds korte tijd zijn er namelijk een paar paalkampeerplaatsen in de biesbosch waar legaal gekampeerd mag worden.

Op 2 belgische kanovaarders na kwam ik er verder niemand tegen, behalve veel ganzen dan… Uiteindelijk kwam ik aan op mn kampeerplek. Mn Blackbird-hangmat hing binnen 2min. Het beloofde droog te blijven maar ik besloot toch maar mn tarp/zeiltje ook op te hangen . Was het niet tegen de regen, dan mogelijk wat tegen de kou.

Enkel, de grond was zo drassig dat mn haringen totaal geen grip hadden. 2 scheerlijnen kon ik gelukkig bevestigen aan de zijkant van mn boot die op het droge lag maar voor de andere 2 scheerlijnen moest ik 50cm lange haringen snijden uit jong hout, aangezien het hout op de grond zo verrot was door de vochtigheid dat het brak zodra ik het beet pakte. Blij dat ik boven de grond sliep.

Nadat ik gekookt en gegeten had was het al donker. Het was buiten heel helder weer dus het zou best goed af kunnen koelen. Vuurtje maken kostte teveel moeite met al dat vochtige hout dus maar lekker de hangmat in en nog wat lezen.

Zondag 5 maart Biesbosch-Werkendam-Gorinchem-Woudrichem-Andel 23km
Ondanks dat de temperatuur ‘s nachts het vriespunt bereikte had ik het absoluut niet koud gehad en werd ik iets voor 8uur wakker.

Na nog wat lekker gelounged te hebben waren mn spullen snel gepakt en voer ik verder noordwaarts door de Biesbosch richting Werkendam. Het zonnetje scheen al lekker maar de wind maakte het toch nog wel wat fris. Al gauw kwam ik aan bij de biesboschsluis waar ik de kano weer uit het water zou moeten halen omdat ook deze sluis gesloten was.

Gelukkig had ik mn kanokarretje bij want mn boot was loodzwaar. Ik was al buiten adem toen ik hem eindelijk de dijk had opgesjouwd. Ook een ideaal instappunt was er niet, maar goed, het lukte toch om ook weer het water op te komen. Nu moest ik een flink stuk tegen de stroming van de Waal in varen richting Woudrichem Gelukkig waren er veel strekdammen waarvan ik het keerwater kon gebruiken.

20120716-212017.jpg

Op dit stuk voeren veel vrachtboten op volle snelheid voorbij , wat resulteerde in een aantal leuke surfgolven. Langs de kant lagen diverse mooie leuke strandjes om aan te leggen. Toch was het direct fris als ik uit de kano ging door de koude wind, dus mn pauze bleef kort. Woudrichem bleek een leuk vestingstadje te zijn met hoge kademuren als bescherming tegen het wassende water.

De laatst paar kilometers richting de sluis waren qua omgeving wat saai maar gelukkig had ik weer wind van opzij en genoeg om toch nog een kort stukje mn zeil uit te gooien. Het eindpunt kwam al gauw in zicht. Ik liet mn kano in het water liggen en liep de laatste paar 100m richting mn auto om die op te halen zodat ik niet met mn boot hoefde te sjouwen.

20120716-211518.jpg

Zaterdag 29-10-11
Traject: binnenschelde-krammer-Grevelingen. 36km

Het leek me wel eens leuk om vanaf huis naar m’n favoriete vaarplek, het grevelingenmeer te gaan varen. Gezien de afstand verstandig er een weekendje van te maken.
’s Morgensvroeg laadde ik mn kano in , in de achtertuin, op mn kanokarretje en liep ik om 8u45 de paar honderd meter naar de binnenschelde. Het was nog wat heiig en er was nog geen mens op straat. Na de korte oversteek even overdragen bij de kanoclub en op weg richting Tholen om het schelde-rijnkanaal te volgen richting het Volkerak. De binnenvaartschepen zorgden voor aangename surfgolven.
Bij de korte koffiebreak moest ik dan ook opletten dat het water niet in mn kuip of luiken sloeg zodra er een duwbak voorbij kwam..
Na het schelde-rijnkanaal kwam het mooiste stuk van vandaag, langs het natuurgebied van de Krammer, met de vele kleine eilandjes. Hier lopen schapen en schotse hooglanders en er zijn soms zelfs flamingo’s te zien.
Op een rustig plekje genoot ik nog even van een bakkie en de mooie natuur. Daarna snel door naar de sluizen van de krammer. Ik had geluk en hoefde niet lang te wachten voordat ik naar binnen kon. Aan de andere kant van de sluizen waaide het wel wat harder maar zonder probleem voer ik verder naar de sluizen van Bruinisse. Deze werden automatisch bediend vanaf een andere locatie. Hopelijk zouden ze hem morgenvroeg open doen voor enkel 1 kano…
Het laatste stukje naar de mosselbanken (2 recreatie-eilandjes) was snel afgelegd. Op het westelijke eiland had ik eerder al goede lokaties voor een hangmat gevonden dus deze was snel opgezet. Daarna nog even macaroni klaarmaken op de Trangia, een rondje over het eiland lopen en vroeg naar bed. Deze nacht zou ook de overgang zijn van zomertijd/wintertijd. Vanwege het getijde van de oosterschelde wilde ik stroom mee hebben richting Stavenisse en moest ik dus op tijd eruit. Maar de combinatie Iphones en wintertijd wil nog al eens fout gaan dus ik besloot maar op meerdere alarmen in te zetten.

20120717-163457.jpg

Zondag 30-10-11
Traject: Grevelingen – oosterschelde- binnenschelde 45km

De volgende ochtend werd ik echter goed op tijd wakker. Binnen 10min was ik omgekleed en opgeruimd en voer ik richting Bruinisse. Er lagen nog geen andere schepen dus ik klom op de steiger om met de telefoon in verbinding te komen met de sluiswachters. Gelukkig gaf dit geen probleem. Om 8u ging ik de sluis weer uit.
Richting Stavenisse stond een sterke wind tegen met flinke golven. Binnen no-time was ik “gedouched”. Op de plek van het oude pontje stak ik ook over. Hopelijk zou de oosterschelde niet te wild zijn… De volgende 12km moest ik, zelfs met lichte stroming mee, toch flink peddelen om een goede snelheid te behouden maar ik zat goed op schema. De platen van de oosterschelde lagen al droog en nu moest ik even wachten op opkomend tij om met stroom mee richting de Bergse Diepsluis en Oesterdam te kunnen varen. Ff lunchen dus. Door de wind was het fris dus ik besloot niet al te lang te wachten. De drooggevallen platen boden een mooi zicht. De laatste kilometers voor de sluis probeerde ik een zeilbootje bij te houden om gelijktijdig mee door de sluis te kunnen. En ondanks mn scheg bleef m’n Capella toch oploeven door de zijwaartse wind, maar het lukte me toch om gelijkertijd met de zeilboot te arriveren. De sluis ging ook gelijk open dus ik voer naar binnen en kon weer even op adem komen.
Het laatste stuk richting kanoclub en binnenschelde voer ik in een relaxed tempo, was best wel moe geworden. Toen ik uitendelijk met mn kanokarretje weer naar huis liep kreeg ik wel wat bekijks enverbaasde gezichten te zien maar het was allemaal goed verlopen. Mijn weekend was top !

Om 10 uur werd iedereen verwacht in de jachthaven van Brouwershaven. Er waren behoorlijk veel deelnemers en ook Belgie was goed vertegenwoordigd. Veel mensen hadden ook hout bij voor het kampvuur ’s avonds zodat de boten zwaar beladen het water in gingen.
Het grevelingenmeer is behoorlijk helder, zout en er zitten veel krabbetjes, mosselen, oesters en uiteraard ook veel verschillende vogels zoals Scholeksters, Ganzen en nog wat beesten waar ik de naam niet van weet. Ook was het water niet koud en met een beetje wind kunnen er leuke golven ontstaan.
Er stond die dag een lekker windje 4Bft en het zonnetje liet zich ook prima zien. Korte mouwtjes dus..
Als eerste voeren we naar de kampeerplek “dwars in de weg” om het brandhout te dumpen. Dat is een lang eiland dat dwars voor de haven van Brouwershaven ligt, vandaar zijn naam dus. Het is eigendom van Scouting Nederland maar wij mogen er af en toe tegen betaling ook gebruik van maken. Behalve een primitief toilet en een aanlegsteiger is het verder allemaal onbebouwd/natuur . Marius en Kees hadden hun tentje al staan daar aangezien die er vrijdagavond al naar toe waren gegaan. Al gauw konden we verder en voeren we via een kleine omweg naar Archipel. (klein eilandje midden op het grevelingenmeer) Daar vonden we een lekker plekje uit de wind en in de zon om even lekker te genieten van een bakkie koffie. Daarna voeren Fred, Annemarie en ik een westelijke koers richting Ossehoek (recreatie-eilandje) terwijl de rest een meer noordelijke koers rond de Hompelvoet voeren. Aangezien de wind van rechts (uit het Noorden dus) kwam en Annemarie heel licht was werd haar voorpunt van de boot door de wind steeds naar links geblazen (deze voorpunt zweefde gewoon boven het water). Ook nadat ik wat flessen water uit mijn boot over had geladen in haar voorste bagageluik bleef de boot moeilijk op koers. We besloten nog maar een stukje noord tegen de wind in te peddelen (gaat meestal beter ook) richting een gezellig terras. Helaas, we waren net op het strandje aangekomen en ik keek met de verrekijker of ik de rest al kon zien en ja hoor, die waren al vlakbij, met volop wind in de rug. Dus we moesten gelijk weer instappen en terug zuidwaarts varen. Ondertussen genieten natuurlijk van een lekker zonnetje en surfen op de golven..
Na nog een korte tussenstop bij de Ossehoek, waar we dachten een zeehond te zien maar het bij nader inzien 2 benen had, voeren we richting de kampeerplek. Daar bleken er een paar paarden buiten de omheining te zijn gekomen en ze hadden geprobeerd in Kees zijn tent te komen…Met als gevolg dat de zijkant van zijn luifel nu ook een toegangsdeur heeft. Wel heel vervelend voor hem want de tent was nog vrij nieuw.
Nadat de rest ook zijn tentje op had gezet werd er begonnen met koken en eten. Dit varieerde van “travelfood” uit de zak waar enkel water bij hoefde tot 3 gangen uitgebreid. Dat van mij had overigens ook meer weg van opwarmen dan koken…
Het koelde inmiddels al best wel af dus een rondwandeling over het eiland werd door iedereen enthousiast bijgewoond. Na te hebben genoten van een mooie zonsondergang ging het kampvuur aan. Uiteraard voor mij een uitdaging om het met 1 lucifer aan te krijgen. Helaas, mijn 1-lucifer kampvuur opbouw werd voor ik het wist overgoten met een of ander licht ontvlambare vloeistof wat resulteerde in een vlam waar ze bij Antwerpen jaloers op zijn. En aangezien er VEEL hout was meegenomen en het op MOEST kan je je de rest van het vreugdesvuur wel voorstellen. Maar het was natuurlijk wel lekker warm. Omdat John er niet bij was moesten we het doen zonder bonte-avond maar het was zeker wel gezellig.

 

De volgende dag was het weer wat bewolkt. Mogelijk zou er regen aankomen en ook de wind zou wel eens toe kunnen nemen tot 6Bft. Gelukkig konden we al onze spullen droog inpakken. Van rondje Veermansplaat werd afgezien en er werd wat meer richting Port Zeelande gevaren zodat we wat flexibeler waren met routeplanning . In de buurt van Port Zeelande voeren we echter helemaal beschut. Na wat rond gevaren te hebben daar gingen we even een boterhammetje eten met een bakkie koffie erbij. Gelukkig bleef de regen weg en kwam er af en toe zelfs een zonnetje tussendoor. Aangezien er een paar toch bijtijds thuis wilden zijn en de wind ondertussen ook toenam splitste de groep zich hierna. Met een kleine groep gingen we nog even richting Archipel varen zodat we daarna met de wind in de rug richting Brouwershaven konden surfen.
Aldus geschiedde. Het waren ondertussen al leuke hoge golven geworden maar helaas was de wind hierbij ook iets gedraaid zodat ze iets meer van rechts ipv achter kwamen. Een paar besloten wat hoger aan de wind te varen om het laatste stuk dan te kunnen profiteren van de wind recht in de rug. Ik besloot een soort zig-zag koers te varen (stukje recht voor de wind gevolgd door een koerscorrectie schuin tegen de wind in) en zo kon ik toch heel wat leuke surfgolfjes pakken. Het was in ieder geval een leuk “ toetje “ als afsluiting

Voor 4 sept werd er vanuit de NKB een event georganiseerd waarbij een tocht vanuit Muiden richting Pampus zou worden gevaren.

Dit leek me wel leuk om er een weekendje van te maken. Toen het event uiteindelijk niet door ging vanwege teweinig aanmeldingen (mogelijk vanwege een zee(land)kamp datzelfde weekend besloot ik dan maar zelf wat te gaan varen daar.

Vriidag 3sept

Ik had al een camping gevonden langs het Almere strand. Rond 17u kwam ik daar aan. Helaas moest de auto op de parking blijven maar ik kon al mijn spul overladen in mn kayak aangezien ik toch een kanokarretje bij had. Ik mocht kamperen aan het Jollenstrand.

Hier was al een instapplek speciaal voor kano’s. Aangezien ik een hangmat bij had om in te slapen moest ik even 2 goede bomen zoeken om hem tussen op te hangen. Genoeg mogelijkheden maar op de punt van het schiereilandje stond al een bankje, ideaal voor het koken met daarnaast een vlaggemast en een lange paal waarop een richtlicht voor de scheepvaart was gemonteerd…precies op de juiste afstand van elkaar..

Hangmat was snel opgezet. De tarp vroeg iets meer tijd. Deze was maar heel klein namelijk en indien de wind iets zou draaien zou ik precies op de wind zitten. Ik moest voorkomen dat de regen dan onder mijn tarp zou komen. Gelukkig kreeg ik het naar mijn zin afgesteld.

Nadat ik even gekookt had kwam de havenmeester nog langs. “Ga je daar echt in slapen ?” vroeg hij wijzend op mn hangmat..

Gelukkig vond hij het allemaal geweldig en kreeg ik dus geen gezeur over het misbruik van hun vlaggemast als hangmatpaal..

Ik keek nog even een DVD op de draagbare DVD speler die ik bij had en ging toen slapen.

Zaterdag 4 sept 32 km rondje Pampus en Weesp

Na heerlijk geslapen te hebben werd ik wakker met uitzicht over het water aangezien ik onder mn tarp kon doorkijken.

Het had gelukkig niet geregend. Na ontbijt en opruimen laadde ik alles in mijn kayak en vertrok ik richting Pampus. Dit eiland werd gebouwd eind 1800 om Amsterdam te kunnen verdedigen tegen een aanval van Duitsland. Rondom Amsterdam waren diverse forten gebouwd en op het Ijmeer was er ook 1 nodig. Ironisch gezien gebruikte men 2 grote Duitse kanonnen om het fort te bewapenen. Gedurende de 2e wereldoorlog werden deze kanonnen weer weggehaald door de Duitsers en jaren later ging men over tot restauratie van het fort.

Toen ik aanlegde bij Pampus stond er al een bordje dat je toegang moest betalen. Gelukkig niet veel en je kreeg er een rondleiding over het eiland voor. Toen ik vroeg hoe lang dat duurde vertelde men 3 kwartier tot een uur. Vond ik eigenlijk wel iets te lang maar goed ik had de tijd en met een gids kreeg je er toch meer over te horen. Er werden 2 groepen gemaakt en helaas zat ik bij het slakkengroepje, compleet met rollator. Het was wel leuk om te zien allemaal maar de gids deed er 2 keer zo lang over, bijna 1,5 uur !! En het was onmogelijk om te ontsnappen. Steeds riep hij iedereen weer bij elkaar. Gelukkig had hij wel wat humor.

Nog even gezeten in het zonnetje en toen weer verder.

pampus

Ik voer vervolgens in zuidwestelijke richting naar Amsterdam met de wind in de rug. Dat schoot lekker op en ik kon lekker op de golven meesurfen.

Daarna verlegde ik mn koers richting Muiden. Het Muiderslot was al vanaf het water te zien en je bent geneigd de kortste route te varen maar ik had vantevoren al gezien dat er een lange strekdam voor lag. De uiterste punt van die dam stond al in mn GPS ingevoerd dus geen probleem.

Het Muiderslot was mooi om te zien maar ik bedankte voor nog een lange rondleiding.

Dus voer ik de sluizen door en ging ik nog maar 5 km verder richting Weesp.

Langs het water lagen veel woonboten. Ook was het heerlijk weer en ik schoot lekker op. In Weesp dronk ik nog even wat op een terrasje en toen weer terug naar Muiden. Toen ik bij de sluis aankwam was ik de enige wachtende. Het stoplicht stond op rood maar gelukkig werd er even later door de speakers geroepen dat ik de linkersluis in mocht varen. “ Ik verdien aan jou ook niks !” zei de sluiswachter met een glimlach.

“Alles wat op spierkracht wordt voortbewogen hoeft niet te betalen voor de sluizen”.

Tja, kayakken is zo slecht nog niet. Een paar minuutjes later kon ik door. Er hingen nog wat bramenstruiken langs de kant op kayakhoogte dus even smullen.

Toen door naar eiland ‘t Hooft. Hier waren wel heel veel mooie kampeerplekjes, en het was hier nog toegestaan ook !!!

Ik had inmiddels al behoorlijke trek gekregen. Tijd om wat te koken dus. “Auw, rode bosmieren”.. shit.. heb ik weer….waar zitten ze… zowat overal!

Eerst maar even mijn kanokleding ophangen dan want anders zitten ze daar ook in. Wat fijn dat ik boven de grond slaap vannacht..

Enkele wandelaars keken ook 3 keer raar op toen ze mijn “tent” boven de grond zagen hangen. Maar blijkbaar zag ik er angstaanjagend uit want ze durfden niet dichterbij te komen. Pas toen ik zelf een rondje ging lopen zag ik dezelfde man ineens op mijn hangmat aflopen om het van dichterbij te bekijken.

Op het water verscheen intussen een grote houten zeilboot, tjalk of skûtsje vol met mensen en 50m voor me op het water gooiden ze het anker uit.. Oh nee, die gaan toch niet hier aan land hoop ik toch.. Nee hoor… nog erger.. ze bleven op de boot maar na ongeveer 15min schalde het gezang van “berendbotje” en “dronken zeeman” over het water.. Dit ondanks dat van verscheidene kanten hard “koppen dicht” geschreeuwd werd. Gelukkig hielden ze na een lang uur op en voeren ze daarna zelfs weer verder. Tijd voor mij om maar eens lekker te gaan hangen…

Zondag 5 sept. rondje langs Monnikendam, Marken, Volendam 23km

Aangezien mijn 4Fun gerepareerd bij Arend Bloem lag besloot ik deze ochtend eerst maar eens hier langs te gaan.
Daarna reed ik door naar Monnikendam. Daar had ik reeds een mooi strandje gevonden om van te vertrekken.Mijn wildwaterbootje pastte mooi in de auto dus die kon ik gerust zo achterlaten. Het waaide deze dag al wel wat harder, oostenwind.
Eerst voer ik tegen de wind in naar het “eiland” Marken. Alhoewel dit eiland wel via een lange smalle dijk verbonden was met het vaste land.
Toch was het een schilderachtig dorpje. In het haventje is altijd wel een plekje vrij voor een kano en deze keer zelfs bij een trappetje.

Even wat gelunched en rondgelopen. Toen verder gevaren in noordelijke richting naar Volendam. Het was inmiddels druk op het water met zeilbootjes. Toen ik bij Volendam aankwam hoorde ik al harde muziek. Het was er ook kermis. Haven zat bomvol en zeilboten lagen al 4 dubbel geparkeerd aan de kant. Toch kon ik wel een plekje vinden net tussen 2 grote boten en de kant. Op de kant was het ook stikdruk. Het leek wel braderie… Ik had het al gauw gezien en vertrok even later al weer in zuidoostelijke richting terug naar Marken maar dit keer langs de oostelijke kant van het eiland over het ijsselmeer. Er stonden flinke golven en deze kwamen ook nog eens van opzij maar toch schoot ik goed op. Na een tijdje peddelen kwam ik aan bij de prachtige vuurtoren van Marken. Een prachtplaatje aangezien de vuurtoren op een uitlopende punt van land stond met aan de ene kant de woeste wind en golven van het Ijsselmeer en aan de andere kant de rust van nauwelijks golven, bijna 1 groot keerwater… Ook was er weer een mooi strandje waar ik kon aanleggen. Meteen kwam er al een fietser naar me toe om een praatje te maken. Hij had me al een tijdje zien varen en vond het prachtig wat ik deed. Ik vertelde dat ik Marken rond wilde varen en bij de dijk nog over moest steken. Hij wist wel een geschikt strandje daarvoor.!

Nog even om de punt van de vuurtoren varen en dan rechtsaf in westelijke richting met volle wind in de rug.. heeerlijk !!

Ik kwam al gauw bij de dijk aan maar ik zag geen strandje.. Wel zag ik die Markenaar weer naar me toe komen fietsen.. tja.. hij was hier alweer een tijdje niet meer geweest en nou was het allemaal dik begroeid. Hij hielp me met mn kayak aan de kant krijgen en ook weer met dragen en instappen … geweldig

Nu nog even het meer oversteken en dan was ik weer terug.. Alhoewel het op zicht moeilijk te zien was waar mn auto stond hielp mijn GPS me hier uitstekend bij. Nog even een kopje koffie maken op mn Trangia en daarna op naar huis !

Anorak
anorak

Deelnemers: Fred, Maartje, Geoff, Marc, Ernst, Hans, Ton en Martine en Ferry

Al lange tijd liep ik met de gedachte het stuk rijn tussen Mainz en Koblenz te varen met de kano.

Nadat ik eindelijk een paar mensen heb kunnen overtuigen is het 21 mei, het pinksterweekend dan zover. Een groep van 9 vaarders.

Net een week voor vertrek maak ik nog kennis met Hans, die ik ook enthousiast weet te krijgen.

Hij rijdt gelijk met mij mee en vrijdag 21 mei vertrekken we dan op tijd, om files voor te zijn, rond 11uur richting rijn. Het valt mee met de files. Een enkele keer kunnen we de file met onze tomtom zelfs vermijden en tegen 15u zijn we in Bingen. Hier pakken we het pontje naar Rudesheim am Rhein. Tot onze vreugde zien we dat de rijn lekker doorstroomt. Nadat we aan de overkant zijn is de camping vlak bij en zetten we onze tentjes op op een mooi grasveld en hele nette toiletgebouwen. Dat hebben we niet vaak  Aangezien het nog wel even kan duren voordat de rest arriveert lopen we een stuk langs het water stroomopwaarts om te kijken waar we morgen kunnen instappen zonder al te veel met boten te moeten sjouwen. Bij de camping zelf is het wat steil en zit je gelijk in de stroming.Op google-earth had ik iets meer stroomopwaarts al een jachthaventje ontdekt dus liepen we daar even naar toe. Dit blijkt wel geschikt .

Als we terug op de camping komen duiken we de biergarten in en verwelkomen we even later Fred en Maartje. Nadat uiteindelijk ook Geoff, Marc en Ernst er zijn gingen we Rudesheim in. Heel toeristisch druk, vooral in de Drosselgasse. Allemaal oudere mensen die achter elkaar door smalle steegjes lopen met links en rechts dan terrasjes vol schlagermusik und Tanz… Een soort roze buurt voor bejaarden.. en net als daar wil je ook hier niet gezien worden. Terug op de camping is het goed donker en kunnen Ton en Martine die als laatste aankomen nog even in het donker de tent opzetten.

Na een rustige nacht en ontbijt rijden we naar het jachthaventje waar we rond 11 uur te water gegaan. Maartje besluit zelf niet mee te varen aangezien ze het iets te hard vindt stromen met teveel boten. Op zich niet verkeerd omdat ze dan met de auto naar het eindpunt kan en we zo dus niet na het varen met de trein terug naar Boppard hoeven om de auto’s op te halen. Toch besluiten we wel de kampeerspullen mee te nemen in de boot.

;

Als we het haventje uitvaren komen we in de stroom terecht en merken we het verschil. Hier is de stroomsnelheid ongeveer 6 tot 7 km/uur. De boeien hangen scheef in de stroming en veroorzaken zelfs kleine keerwaters.

Voor de kasteelliefhebber is er genoeg te zien. Er zijn enorm veel kastelen langs de kant. Ook de rondvaartboten zijn goed vertegenwoordigd. Lange smalle boten van wel 110meter lang.

We lunchen op een langgerekt eiland bij Niederheimbach, en even later komen we bij Kaub. Dit is een voormalig tolhuis op een eiland met wat rotsen in het water. Hier nemen we even de tijd om met onze zeekayaks te gaan keerwatervaren. Niet spectaculair maar toch wel leuk.Helaas stroomt het niet overal snel door dus er moet toch ook wel goed gepeddeld worden.

20120717-085707.jpg

Na ongeveer 30km komen we aan bij het van de Lorely . Dit levert een vette stroming en flinke golven op. De rijnaken komen maar net stapvoets tegen de stroming in…We houden even een korte pauze om ervan te genieten. Ook van het warm weer want de zon brandt goed.. Daarna weer verder langs St Goarshausen met de prachtige grote burg Rheinfels.

Na ongeveer 50km komen we aan bij Boppard. Dit had ik in gedachte als mogelijke kampeerplaats ware het niet dat het net aan de verkeerde kant van de Rijn lag wat onhandig zou zijn met auto’s ophalen. Dus nog een klein stukje door naar Lahnstein.

5km verder in Braubach hebben de meeste er toch echt wel genoeg van. Fred belt met Maartje om door te geven dat we hier op de camping willen gaan staan. Tja, zij staat inmiddels al op de camping in Lahnstein en heeft al een tent opgezet… “maar dat is maar een paar kilometertjes verder..” Goed , daar gaan we dus weer. Helaas staat die camping niet aan de Rijn maar aan de Lahn! En de Lahn komt uit in de Rijn. Dit betekent dus dat we tegen de stroom in naar de camping moeten peddelen.

20120717-085842.jpg

Na 2km peddelen komen we uit bij een dam. Er is wel een sluis maar die gaat al niet meer open vandaag.. We hebben nu reeds 62km gepeddeld wat zelfs met stroming mee toch een eind is..dus vol met bagage geladen boten omdragen , daar hebben we geen energie meer voor .. Maar ja wat nu… We besluiten terug naar het punt te varen waar de Lahn in de rijn uitkomt en daar wat te gaan eten en dan maar de auto’s eerst op te halen.

De keuken is wel goed maar niet bepaald snel dus het is al al 21u30 als we beginnen met auto’s ophalen..En langs de rijn met wegwerkzaamheden en stoplichten betekent dat toch wel een uur rijden naar Boppard en weer een uur terug. In Boppard staan we voor een overweg te wachten en komen er wel 4 treinen voorbij voordat de spoorbomen weer open gaan. Dus het is al tegen 24 uur voordat we terug in Lahnstein zijn. Gauw de boten opladen en naar de camping. De camping is behoorlijk vol en we hebben een plekje helemaal achteraan. Maar omdat het al laat is mogen we natuurlijk niet met de auto de camping op..ach, dat kan er ook nog wel bij..Dus dragen we de kampeerspullen het lange pad af richting ons stekkie . Uiteindelijk is het kwart voor 1 ’s nachts als we eindelijk in het donker de tent opzetten en kunenn gaan snurken.

De volgende ochtend slapen we eerst wat uit. Vandaag gaan we een stukje Moezel varen. Deze keer varen we niet zo ver. Het is weer heerlijk weer.Op deze rivier is nauwelijks beroepsvaart maar des te meer lawaai van speedboten en jetski’s. Ook stroomt de Moezel nauwelijks. Toch is het wel een mooie tocht. We houden een korte pauze op een gezellig terras waar de Moezelwijn wel smaakt. We komen 1 dam tegen. Hier staat al een hele rij van zeilbootjes te wachten om door het sluisje te gaan. Dat is een supersmal sluisje waar slechts 2 boten tegelijk in kunnen. Tevens gaat het ook niet zo snel. Aangezien we nu geen bagage bij hebben maar wel kanokarretjes rijden we onze kayaks naar de andere kant van de dam en zitten we een paar minuutjes later weer in de boot enkele wachtende jaloerse Duitsers achterlatend.

Terug op de camping eten we met zijn allen in het restaurant. Hans en ik besluiten de volgende ochtend weer op huis aan te gaan. Fred, Maartje , Ton en Martine varen nog een stukje op de Lahn die dag.

Anorak

Schotland Speyside 2009
Deelnemers: ArendJan & Ivette, Fred, Staf, Willem, Gerard, Servaas, Ferry

De organisatie Basic Dreams had een oproep geplaatst voor testvaarders voor een nieuw te varen stuk rivier in Schotland, De Spey , in een canadese kano. Aangezien ik wist dat Fred ook wel van canadees varen houdt vroeg ik of hij ook zin had. Dat had hij wel en zijn zoon Staf (helemaal gek van whisky en Schotland) wilde ook graag mee. Omdat het maar 3 dagen varen was en toch wel een eind reizen besloten wij drie er nog 4 dagen aan vast te plakken. Dit was geen probleem voor de organisatie en we mochten zelfs kiezen of we terug wilden vliegen of varen, maar varen was handiger omdat Fred dan zijn bus mee kon nemen.
============================
Do 8 okt: Heenreis IJmuiden-NewCastle
We voeren met de Princess of Norway vanuit Ijmuiden naar New Castle. Deze lag al op ons te wachten toen we op de parking aankwamen en al gauw ontdekten we ook de rest van de groep. Zij reden met 5 man ook in een minibus met op de aanhanger 4 grote canadese discoveries. Hun bus was een apart vak ingedirigeerd en toen wij 3 al op het dek van een lekker glas bier aan het genieten waren stonden zij nog steeds met de auto buiten de boot.

20120717-130442.jpg

Ondertussen was de hele parking verder al leeg en zagen we ze toch wel wat zenuwachtig rondlopen. Gelukkig mochten ze even later toch als laatste nog de boot op..Tja, hadden we anders zelf bootjes moeten huren… Fred was wat verstrooid en vond het nog nodig zijn paspoort bij de bardame en zijn nieuwe hoed bij de cassiere van de taxfreeshop achter te laten. Ik begreep ineens waarom Staf mee moest…Gelukkig kwam alles weer terecht

Vr 9 okt: NewCastle-Aviemore
Rond 9u kwamen we aan in NewCastle en via een ruim 5u durende mooie route reden we naar Aviemore. Daar aangekomen was een mooie herberg, The Old Bridge Inn, waar we zouden overnachten . Terwijl Staf en ik de bar gingen bezoeken werd er vast 1 bus naar het eindpunt in Spey Bay gebracht. Daarna gingen we gezamenlijk dineren.

Za 10 okt: Aviemore naar Delliefure 32km
Rond 7 uur moesten we opstaan. Gauw werd er ontbeten (eieren met spek en worstjes) De herberg lag direct aan de Spey dus we hoefden niet ver te sjouwen om de boot in te laden. Er moest veel materiaal mee. Persoonlijke bagage ging in de punt van de boot en groepsmateriaal in het midden. Ik was blij dat ik zelf voldoende waterdichte zakken mee had genomen want er waren verder alleen vuilniszakken beschikbaar. Rond 10u konden we vertrekken. Willem en Gerard van Basic Dreams voeren samen. Fred en Staf deelden een boot, ArendJan en Ivette ook en ik voer samen met Servaas. Hij wist veel van de natuur af en elke vreemde vogel werd netjes gedetermineerd en richting mij voorzien van een naam waarbij een apart vogeltje, de dipper ofwel waterspreeuw zelfs geteld werd. Dit was namelijk een vogel die onder water kon zwemmen om visjes te vangen en in Nederland nauwelijks voorkwam. Dit onder water zwemmen hebben we ook nog zien. Het water stroomde heel rustig en we moesten echt merendeels zelf peddelen. Maar de natuur was schitterend en af en toe was er zelfs een kleine stroomversnelling.. De spatzeilen waren niet echt nodig en bleven enkel over de materialen in het midden van de boot liggen. Onderweg kregen we een lunch van peperkoek en biltong (soort beef jerky maar dan beter). Langs het water stonden vele kleine hutjes die gebruikt werden door vissers. Het visseizoen was afgelopen dus ze stonden nu leeg maar ze zagen er gezellig uit. Dat er vis in de rivier zat werd vooral de 3e dag duidelijk. Enorm grote zalmen (formaatje karper) sprongen toen regelmatig uit het water recht omhoog. Om daar te mogen vissen kost werkelijk goud geld, dus varen in het visseizoen is sterk af te raden. De zon scheen verder af en toe maar ook waaide het af en toe nog wel wat. Op een mooie plek langs het water werden de tentjes beschut opgezet en na een maaltijd van macaroni werd de dag afgesloten met een gezellig kampvuur.

Zo 11 okt: Delliefure naar Carron 28km
Het ontbijt begon werd weer netjes verzorgd met ei en spek aangevuld met wat licht vochtig brood (er zaten wat gaatjes in de broodzak en er was een licht tekort aan waterdichte zakken) We hadden er weer zin in, vooral omdat vandaag het water wat meer zou doorstromen. Aangezien ik achterin de kano het sturen voor mijn rekening had genomen en in mijn enthousiasme de boeg van de kano door een flinke golf had gejaagd, resulterend in een nat pak bij Servaas besloten we nu toch maar de spatzeilen te gaan gebruiken. Dit was geen verkeerde keuze. Zelfs met spatzeil erop kwam er nog veel water in de boot en aangezien ik de enige was die knieend voer ipv zittend op het bankje moest ik diverse keren sponzen om te voorkomen dat ik heel de tijd knielend in het water zat. Servaas peddelde vooraan en ik nam zijn tempo over en nam tevens het sturen en evt.steunen voor mijn rekening. We vormden een geweldig team aangezien hij een mooi constant tempo aanhield. Alhoewel het nu dus wel wat meer doorstroomde moest je toch opletten waar je voer want het was niet diep. Met een kajak is het leuk om over de stenen te boofen en walsjes te pakken maar dit was met de canadees met deze waterstand niet te doen aangezien je dan gewoon vastliep. Deze dag bevatte ook enkele wildwater2 passages. Hier was een steun toch wel handig en los van het feit dat onze boot veel water binnen kreeg kwamen we hem goed door. Ivette had het echter benauwd gekregen en bleef met ArendJan achter. Deze boot was toch anders dan ze gewend was en met al je materiaal omgaan is geen pretje, ook gezien de toch wel frisse temperatuur van het water. Zij besloten de boot langs de passage te dragen. Haar zelfvertrouwen had een flinke deuk opgelopen. Ik zou met Servaas daarom voorop varen en een beetje de rustigste doorgangen zoeken door de passages. Dit ging verder gelukkig goed en na verloop van tijd was te zien dat het alweer wat beter ging.
Bij een mooie brug stopten Willem en Gerard om hun boot te legen aangezien hij wat onbestuurbaar werd (hadden wij geen last van aangezien ik steeds zat te sponzen..). Ze besloten toen ook gelijk daar het kamp op te zetten.

Onze boot was echter al 100m verder stroomafwaarts. Maar met een mooie demo via keerwatertjes stroomopwaarts varen konden we toch weer bij de rest komen. Het begon inmiddels ook wat te regenen. Ik besloot de kano toch maar met het touw vast te leggen. Helaas was daar niet zoveel mogelijkheid toe maar ik vond een stevige boomwortel. De andere boten lagen niet vast en ook niet erg hoog. Nadat ik hen overtuigde dat het geen verkeerd idee was om de boten wat hoger te leggen werd hier toch wel gehoor aan gegeven. Maar vastleggen was niet nodig..het water kon nooit zoveel stijgen..Nou ja, ik zal het wel weer te zwart inzien..Er werd gauw een kampvuur gemaakt. Er lag gelukkig hout genoeg en ook droog hout zelfs.. Na een maaltijd chili con carne en wat spullen drogen bij het vuur verdween de 1 na de ander naar de tent

20120717-130700.jpg
Ma 12 okt: Carron naar Spey Bay 38km
De volgende ochtend bleek de rivier inderdaad toch flink gestegen te zijn. Onze boot (met touw vast) lag nog net met voor en achterpunt droog maar het water stroomde al in het midden onder de boot door. De andere boten lagen met hun achterpunt al flink in het water. We hadden werkelijk veel geluk gehad.
Het kampvuur had nog een paar gloeipuntjes en werd op juiste wijze weer naar een lekker warm vuur gebracht zodat we nog wat spulletjes konden drogen.
De dag begon bewolkt maar gedurende de dag werd het wel iets beter. Het water stroomde ook weer goed door dus we schoten goed op. Servaas was bij zijn 42e waterspreeuw nog even enthousiast als bij zijn 1e en hield de stand goed bij. Terwijl hij regelmatig door zijn verrekijker keek (nummer 53!!) wist ik de boot op koers te houden. Heerlijk, lekker relaxed. Toch zaten er ook vandaag wat wildere passages tussen en de minder wildwaterervaring van Willem en Gerard werd hun noodlottig toen ze hun boot een flinke wals injoegen waarna de boot direct omsloeg. Aangezien zij achteraan voeren konden wij hun boot meer stroomafwaarts het keerwater in duwen. Willem was vrij snel aan de kant maar Gerard was wat blijven hangen met 1 been in de boot en had er duidelijk niet van genoten. Er werd gauw een pot koffie gezet terwijl ik Willem, die aan de andere kant van de rivier was beland ophaalde. Ze hadden werkelijk niet verwacht dat ze om konden gaan dus allebij waren ze hun bril kwijt (niet geborgd via een touwtje) en Gerard zijn mooie hoed Hun mobieltjes waren niet in een waterdichte zak maar in hun jas dus drijfnat. Net als het niet waterdichte fototoestel en aangezien ze veel bagage niet in degelijke waterdichte zakken maar vuilniszakken hadden verpakt was ook daar aardig wat nat geworden. Gelukkig zat het spatzeil er goed op zodat er verder geen los materiaal in de rivier dreef. Nadat alles weer op orde was konden we verder varen.

De bedoeling was vlak voor het eind van de rivier in een soort rivierdelta nog een kampplek te zoeken. Helaas bestond het terrein uit grote keien met daarachter ondoordringbaar struikgewas en bos. Fred merktte al terecht op dat zo dicht bij de zee het getij kon meespelen. Kans dat er dus te weinig water stond om te varen of dat het water zo ver zou stijgen dat de delta onder water zou lopen Ook had ik qua planning niet echt een lekker gevoel over de dag van morgen. Aangezien we zelf nog een paar dagen langer bleven hadden we alle tijd maar de rest zou morgen dan eerst alles af moeten breken, inladen in de boten, varen, alles weer uitladen, omkleden, eerst 1uur naar Aviemore rijden (daar stonden nog wat spullen) en dan nog ruim 5 uur rijden naar NewCastle om daar de boot van 17u te pakken.. Ik stelde voor om door te varen naar het eindpunt, boten op te laden en een camping te zoeken in richting van Aviemore. Fred zag dit ook meer zitten en ook Servaas, ArendJan en Ivette waren voor. Ondertussen hadden Willem en Gerard ook al een local ontmoet en die vertelde dat er inderdaad grote kans was dat het gebied onder water zou komen te staan. Dus voeren we door naar het eindpunt. Het was machtig om vanuit die rivier door de natuur zo ineens bij open zee aan te komen. Fred wilde nog met mij de branding in maar het was al laat, we moesten nog een camping zoeken en ik had het inmiddels ook al wat koud gekregen. De branding was flink en een nat pak zat er dik in.
Willem en Gerard waren inmiddels ook al afgekoeld en zaten tegen onderkoeling aan. Ze gingen gauw de kleine pub van Spey Bay in om zich om te kleden. De boten werden opgeladen en aangezien we niet met 8 man in 1 busje konden besloten Fred, Staf en ik naar de camping v Spey Bay te lopen. De camping stelde niet veel meer voor dan een lap gras..geen optie dus. Staf wist nog een goede camping in Aberlour maar aangezien we alle 3 wel zin hadden in een kop koffie met een glas whisky vonden we het best als de rest eerst de camping op gingen zoeken en wij terug zouden lopen (10min) naar de pub van Spey Bay. Tja die was inmiddels dicht en toen begon het nog eens lichtjes te regenen ook. Na 1,5 tot 2uur buiten wachten werden we ook opgepikt. De nasi werd gelukkig voor lief gelaten en we bezochten “the highlander inn” voor een gezellige afsluiting met lekker eten. Nadat de rest de volgende dag vertrok hebben Staf, Fred en ik ons nog prima vermaakt met bezoekjes aan distilleries, lekker gewandeld, gewinkeld en Edinburgh bezocht.

Het was een mooie tocht en natuurlijk waren er een aantal verbeterpuntjes tav veiligheid en materiaal maar daarom wilden ze dit ook eerst doen in de vorm van een test. Ook was er speciaal vooraf een instructiemiddag canadees varen georganiseerd.
De sfeer was super. Willem en Gerard zijn echt heel relaxed en flexibel en alles was echt goed verzorgd. Het was dus een leuke ervaring!

Voor het weekend van 15 en 16 september stond er een waddenweekend gepland, waarbij er gevaren zou worden naar de Rottummerplaat en Terschelling. De weersvoorspelling van windkracht 5 en 6 deed de organisatie besluiten een alternatief te varen. Er werd gekozen voor het eiland Tiengemeten in het haringvliet.

John zou meegaan richting wadden maar het dilemma; alternatief Tiengemeten of brandingvaren op zondag; deed hem besluiten voor brandingvaren te kiezen daar dit voor de zaterdag ook wel weer goed uitkwam. Wel stelde hij mij zijn auto ter beschikking zodat ik niet met de zeekano op mijn schouder naar Den Bommel hoefde te fietsen. Afijn, zoals afgesproken met Marius was ik er netjes om 11 uur. Het zonnetje scheen en er stond inderdaad een lekker briesje. Marius, Fred en Ger kwamen pas tegen half 12 aan, omdat ze onderweg nog bonje hadden gekregen met een buschauffeur die de weg een kwartier blokkeerde. Ik had inmiddels een strategisch plekje gevonden, languit liggend in het zonnetje met zicht op het haventje en de bedrijvigheid om me heen zodat het niet erg was dat we pas om 12 uur in de boot zaten. We waren met een groep van 10 mensen met als speciale gast Ger die werkt voor natuurmonumenten en dus mooi had geregeld dat we op het eiland Tiengemeten mochten.

Het eerste deel begonnen we te varen, recht tegen de wind in, naar het dorp “stad aan het haringvliet”. Er stonden inderdaad leuke golven dus saai was het absoluut niet.
Het jachthaventje leek ons leuk om even te bekijken. Natuurlijk werd er even wat te drinken enzo gepakt uit de luiken en opeens was daar een deksel weg. Het water was dusdanig troebel en diep dat de deksel niet teruggevonden kon worden. Ja, daar zit je dan, weekend nog maar net begonnen en een onafgedekt luik voorin je boot. Iedereen was in ieder geval weer overtuigd dat borgen niet zo’n loze kreet is maar zelfs best wel nut heeft. We besloten gelijk maar even te lunchen op een drijvend prive-steigertje daar de havenkade toch best wel hoog was. En ja, als je met zn 3-en op een hoekje van zo’n drijvend ding gaat staan loopt er ineens wel heel veel water overheen.
Het probleem “luik” werd met enige creativiteit opgelost en even later voeren we weer verder in noordwestelijke richting en staken we schuin het haringvliet over. Het tempo lag er goed in ondanks de hoge golven totdat iemand zijn stoeltje moeilijk begon te doen. Op zich al leuk om met deze weeromstandigheden je spatzeil los te maken en proberen je stoeltje weer goed te krijgen terwijl de wind en de golven je zo draaien dat je haaks op de golven komt te liggen. Goede samenwerking zorgde ervoor dat het toch lukte maar doordat er nu toch wel wat tijd verloren was gegaan besloten we om te keren en even een lunchplek op de slikken te zoeken.

Het laatste deel van de tocht van deze dag was met de stroming en de wind mee varen richting de noordzijde van het eiland Tiengemeten. Op de hoge golven kon je heel goed meesurfen met hoge snelheid en opeens lag Andre op zijn kop.
Hij probeerde nog te eskimoteren, zat bijna rechtop maar viel helaas net weer terug om en kwam niet meer boven. Het laatste wat we zagen was nog een hulpeloze hand die boven water tevergeefs zocht naar enig houvast….
Gelukkig kon hij goed zwemmen en werden we getrakteerd op een demonstratie x-redding bij ruig water. Het laatste beetje water werd uiteindelijk met behulp van zijn handpomp eruit gepompt. De laatste kilometertjes richting de kreek van de hoeve waar we konden overnachten werden snel afgelegd. De kano’s werden vervolgens naar een grote schuur gedragen of gereden met behulp van kanokarretjes. We hadden de indruk dat we in de schuur mochten slapen maar het was nog erger. De boerderij stond leeg, althans wat mensen betrof want hij was nog wel gemeubilaird. Boven in de slaapkamers stonden nog bedden en matrassen en er was zelfs nog een bad. Ook van het gastoestel konden we gebruik maken. Er was nog net geen televisie maar verder…

Nadat een ieder droge kleding had aangetrokken werden de slaapplaatsen dus ingericht. Natuurlijk waren er 2 van de groep die de overnachting per tent prefereerden . Door de late lunch gingen we eerst nog een rondje lopen met onze gids over het westelijk deel van het eiland. De grootste groep bewoners van het eiland zijn de vogels en een aantal schotse hooglanders. De hooglanders hebben we vanuit de verte gezien, maar hun vlaaien lagen overal verspreid. De paar zwarte stipjes die rondvlogen werden door kenners benoemd als kiekedief, blauwborstje of gans. De meeste boerderijen op het eiland zijn verlaten. Doordat het eiland prive-eigendom is van natuurmonumenten hebben de auto’s op het eiland ook geen kentekenplaten nodig en hoeven niet gekeurd te zijn. Er vaar af en toe een veer, op verzoek. Aan vast wal gaat er dan een bel rinkelen en komt het veer speciaal naar het eiland. Of ze dit ook doen als je een pizza besteld via je gsm heb ik niet uitgeprobeerd maar wie weet ? ***************************************************************
Tiengemeten is ontstaan in de 17e eeuw als onbeduidende zandplaat in het toen
nog ongetemde Haringvliet. De oppervlakte van deze plaat was 10 “gemet”,
(ongeveer 5 hectare). Dit verklaart de naam van het eiland. Pas tussen 1750 en
1860 is het eiland in een aantal stappen ingepolderd voor de landbouw. Het
eiland is nu ongeveer 1000 ha groot. Daarvan bestaat 700 ha uit akkers. Het
landschap is hier weids en zakelijk ingericht. De Blanke Slikken (300 ha) liggen
buitendijks en zijn nooit ontgonnen. Het landschap is hier ruig en natuurlijk.
In de polders liggen drie kleine nederzettingen. Veel van de vroegere
arbeiderswoningen zijn lange tijd gebruikt als weekeindhuisje. Deels staan ze nu
leeg. Ook de meeste boerderijen staan leeg. Sinds 1997 is de vereniging
Natuurmonumenten eigenaar van het eiland. Het toekomstige landschap van Tiengemeten bestaat uit drie sferen. in het
grootste deel heerst de natuur: de wildernis. Het centrale en goed toegankelijk
deel laat vooral de rijkdom van de natuur zien: de weelde. Een klein gedeelte
wordt in oude staat teruggebracht, naar het landschap van de weemoed.(bron: Gemeente Korendijk)
*****************************************************************

Opeens kwam er snel een hele donkere lucht aanzetten en even later begon het keihard te regenen. Het was best nog wel een stuk teruglopen dus we kwamen weer doorweekt aan. Tijdens het eten werd nog voluit over stropen gepraat Er zat namelijk een kenner bij dus het was nog een wonder dat het avondeten niet bestond uit schotse hooglander met kerkuiltjesragout (deze zaten in de schuur). Buiten begon het intussen harder te regenen, zo ook in de keuken dat zo lek was als een lekke gieter. Er ontstond daar een heus zwembad. Toen het ’s nachts ook nog eens zo hard begon te onweren dat ik er wakker van werd moest ik denken aan de mensen die in de tent lagen en het spreekwoord, als het buiten woedt, is het binnen goed.

De volgende ochtend was het modderig maar droog de wind was zwak en even later kwam het zonnetje door. Iedereen had dus weer zin om te gaan varen. In de schuur was nog iemand snel even een eitje aan het bakken (misschien van de kerkuiltjes?) maar al gauw zaten we al op het water. We voeren in oostelijke richting rondom het eiland door het rustige water. De afstand van vandaag was niet zo groot, dus op de oostelijke punt werd nog even uitgestapt om even aan wal te kijken en te lunchen.
Toen we in de boot zaten voor het laatste stuk begon het weer al te betrekken, de wind wakkerde aan en in de verte kwam een donkere lucht ons tegemoet. Aan de overkant van het water; aan de kant van Den Bommel verschenen de schuimkoppen al op het water. Er werd nog even gedacht om te schuilen maar er bleef maar donkere lucht aankomen. De windrichting was in zoverre gunstig dat we weer recht tegen de wind in konden varen om bij de jachthaven van Den Bommel uit te komen. We gingen er dus voor. De regen barstte los, wat even later omsloeg in het toetje van de dag, een heftige hagelbui met harde wind. Hoe was dat spreekwoord ook alweer? Als het buiten …. De gedachte aan de veilige haven deed ons allemaal doorzetten en mede omdat we geen verdwaalde ijsbergen zijn tegengekomen heb ik dit verhaal nog kunnen schrijven. Het was een enorm leuk weekend, goed georganiseerd en wat mij betreft zeker voor herhaling vatbaar.

Zaterdag vroeg was ik bij Will en Jenita aangezien ik met hen kon meerijden naar Irrel in de Eifel. De caravan ging ook mee dus er was ruimte genoeg voor mijn spullen. Hoe dichter we bij Duitsland kwamen des te mooier het weer werd en toen we op de camping aankwamen wer- den we door de rest in zomers tenue ontvangen en scheen de zon volop. De groep bestond dit weekend verder ook nog uit Hans en Jannie met caravan, Wouter en Ellen met hun camper, Jac die zijn auto als camper ging gebruiken en Eric Kemperman zonder camper maar met hotelbon. Ikzelf had een klein licht tunneltentje bij.
De camping Nimseck lag leuk aan het riviertje de Nims en in tegenstelling tot andere jaren was het zeer rustig. De waterstand was niet erg hoog maar toch genoeg om te varen.


We vertrokken daarom eerst naar het traject stroomopwaarts en gebruikten het dorpje Alsdorf (nee niet also!-dorf) als instaplokatie.
Juist toen we de boten aan het afladen waren kwamen er al een aatal kano’s voorbij. Bij het instappunt was ook een kleine
stroomversnelling. Dit gaf diegene met korte mouwtjes al gelijk de mogelijkheid nog wat brandnetels aan de herinnering toe te voegen.
Het was een leuk riviertje met af en toe een klein stuwtje. Ook was er ergens in de buurt een appelgaard want de hele tocht werden we vergezeld van drijvende appels wat regelmatig ontaardde in een appelgevecht met gebruik van peddels. Ook was er nog een klein walsje waarin wat gesurfd kon worden met een keerwater er achter waar Jac ervoor koos het onderwaterleven van de Nims te
bestuderen. Helaas schoot zijn achterpunt onder een boom zodat hij zijn boot wel uit moest.
Toen we terug op de camping waren besloten we na het après-kano nog even te gaan kijken bij de Irreler wasserfalle. Dit stuk mocht helaas niet gevaren worden maar zag er wel mooi uit. Ook was er een mooie brug over de waterval heen.

Na de vele sterke verhalen van de tijd dat hier nog wel gevaren mocht worden gehoord te hebben gingen we weer terug naar de camping voor de BBQ.
Helaas was het weer intussen een beetje slechter geworden en het begon ook te onweren. Eric had op het menu pannekoeken staan en ging dus al met beslag aan de gang. Hieraan werd al gauw zoveel Rosé en bier toegevoegd dat je na 2 pannekoeken al geen auto meer mocht rijden. Tevens werd overwogen om de naam ZeeWiToe te veranderen in RoséWiToe, aangezien er meer Rosé werd gedronken dan gevaren op Zee. Also-also-also, ik zei als enige zeevaarder maar ff niks, want behalve John en ik had de rest v d club inderdaad  geen  interesse in zeevaren. Ondertussen bleven we de lucht in de gaten houden en hopen op beter weer voor de BBQ. In de verte kwam ook al wel wat blauwe lucht aan maar voordat het echt droog werd (1,5 uur later) hoorden we eerst diverse keren van Hans dat dit toch echt wel de laatste druppels waren, waarna het weer lekker ging regenen. Maar gelukkig hadden we een aantal mooie luifels om onder te zitten en geen haast. Toen het ruim drie kwartier na de beloofde laatste druppels uiteindelijk droog werd konden we alsnog genieten van onze BBQ.
De nacht verliep voor iedereen, behalve Jac, voorspoedig. Hij had op de camping al steeds hoestaanvallen en niks bij om dit te onderdrukken. Hij had zodoende bijna niet geslapen en dus voor campingwacht lopen spelen . Afijn, varen ging gelukkig wel want juist op het water had hij nergens last van. Uh…..Allergie? We gingen dus vandaag op de camping instappen en zouden op de Sure dan weer eindigen.

Aangezien ook het riviertje de Prum erbij kwam werd het water steeds breder en dieper.
Het was ook weer een leuk stuk om te varen en we eindigden op en leuk terras met uitzicht op Luxemburg. Eric had al besloten om deze zondagavond terug naar huis te gaan en aangezien Jac terug op de camping weer begon te hoesten besloot hij helaas gelijkertijd met Eric terug te rijden.
De rest ging pannekoeken bakken en besloot na een gezellige avond en een lekker nachtje uitslapen de reis naar huis op maandag aan te vangen.

5 t/m 13 Oktober 2002

Rügen bevindt zich in het noorden van voormalig Oost-Duitsland en is een eiland in de Oostzee, tussen Zweden en Denemarken met een beetje fantasie. (54°31′ North Latitude and 13°30′ East Longitude). Er zijn een aantal natuurparken, te weten: Biosphärenreservat Südost-Rügen, Nationalpark Jasmund (Noordoosten) en het Nationalpark Vorpommerssche Boddenlandshaft (Westzuidwesten). Voldoende aanleiding om hier te gaan varen. Een belangrijk aspect in oktober (voor de natuurliefhebbers/vogelaars) is overigens de enorme verzameling kraanvogels (Craniche) die zich daar verzamelt op het eiland (vooral rond het eiland Ummanz in het westen). Vanuit Rügen vliegen ze in 1 ruk naar Frankrijk, waar ook een verzamelplaats is en vandaar uit verder naar het zuiden.

Deelnemers: Marius Vonk, Fred Leemans, Stef Kouijzer, Ferry Arts, John Heeren, Gert de Groot, Monique van Vuuren, Ton en Martine de Hulster.

Za 5 okt: Heenreis
Rond kwart over 7 vertrokken John en ik (Ferry) vanuit Halsteren voor de rit richting Bergen. Maar halsteren is toch gemeente Bergen? Ja dat klopt maar deze “Bergen ” lag ietsiepietsie verder weg. Na ongeveer 850 km te hebben gereden kwamen we tegen een uur of 5 aan op het eiland Rugen. De camping Altefähr was gelukkig niet “al te ver” en dus snel gevonden. Iedereen was er verder al. Stef en Monique waren er zelfs al sinds vrijdag en hadden dus lekker even kunnen varen. Toen de tenten net stonden begon het al een beetje te regenen, of waren dit wat lekkende-kraanvogels?
Zo 6 okt: Schaprode naar Bug 11,5 kilometer
Toen we wakker werden waaide het behoorlijk.hard en de vooruitzichten waren ronduit slecht waardoor we ons oorspronkelijke plan, een trektocht van een paar dagen, besloten om te zetten in een dagtocht programma vanaf een basiskamp. (beetje dubbelzinnig: Dag tocht!). Een beetje camping en douchecomfort met dit weer was door de meesten wel gewenst. Er werd gezocht naar de meest strategische plek en ons oog viel op Schaprode. We hadden ons ontbijt reeds genuttigd, beschut tegen weer en wind onder een klein afdakje. Snel werden hierna de tenten afgebroken zodat we rond 10:30 konden verhuizen/vertenten naar Schaprode.Een grote stroom met auto’s verlieten al in filevorm het eiland aangezien de vakanties ook voorbij waren. Of hadden zij de weersvoorspellingen gehoord? Gelukkig gingen wij net de andere kant op, en konden we gewoon doorrijden. De camping van Schaprode lag vlak langs het water met een mooi strandje erbij. In een hoekje op het campingterrein konden we onze tenten een klein beetje beschut tegen de harde wind op zetten. Verder restaurant, warme broodjes en een warme douche, wat wil je nog meer? Uiteindelijk zaten we om 14:30 allemaal in onze kano om een korte tocht te maken naar het schiereiland Bug. Het laatste stuk was sterk tegen de wind in maar we leken toch langzaam maar zeker vooruit te komen. In de verte zagen we een fikse regenbui voorbijgaan die ons trakteerde op een schitterend felle regenboograinbow alsof het in vuur en vlam stond. Op Bug dronken we nog wat koffie. In de verte zagen we het eiland Hiddensee met zijn witte vuurtoren. Dit leek ons wel een leuk uitstapje voor de volgende dag. Afijn, eerst maar weer terug naar de camping varen met lekker wind mee.


Ma 7 okt: Schapsrode naar Kloster 18,5 kilometer
Ik lag nog lekker te luieren in de tent toen mijn rust ineens verstoord werd door het geluid van een helikopter die vlak over of door onze tent heen vloog om 100m verderop te gaan landen. Deze was van de wasserschutzpolizei en trok dus veel bekijks. Nadat iedereen klaar was met eten en zichzelf opmaken konden we in de boot stappen voor ons tochtje naar het eiland Hiddensee. Terwijl we aan het varen waren besloot Marius het fluitsignaal “in formatie varen” eens uit te proberen. Dit resulteerde in een heerlijke puinhoop van bootjes die ineens allemaal door elkaar heen gingen varen en Fred die er als een speer vandoor ging. Misschien had hij het “voorop varen” opgevat als “vooruit varen”. We voeren door, noordwaarts, richting het dorpje Kloster om daar aan land te gaan. Helaas was de kant daar zo hoog overal dat we een stuk verderop in het riet onze boot op de kant moesten trekken. Vervolgens stonden we op heerlijke drassige grond ons om te kleden. Nadat de boten in het riet waren verstopt liepen we door het kleine dorpje heen met schilderachtige blauwe huisjes richting de vuurtoren. De route liep door mooi groen struikgewas en hei omhoog zodat we even later een geweldig uitzicht hadden over de Hiddensee. Er waren ook nog redelijk wat toeristen op het eiland. Al gauw kwamen we bij de vuurtoren aan. De verrekijkers werden gepakt zodat de hoge golven in de verte bewonderd konden worden. Al gauw wisten we met ons lawaai een Duitse familie weg te jagen. De vader van het gezin bleef echter nog even achter. Zijn vrouw riep hem, waarop hij geïrriteerd antwoordde “jaja, moment mal, ich habe etwas verloren”!!! Spontaan werd hierop door John geantwoord “ja, de 2e wereldoorlog”!!! Er werd nog even wat rondgewandeld, een kop koffie+ gedronken in een cafeetje waarna we weer richting boten gingen voor de terugtocht. Gelukkig lagen deze er nog, inclusief al ons materiaal.


Di 8 okt: dagje rondkijken op eiland
Toen we wakker werden, stond er reeds een flinke storm. Vandaag varen was niet erg aanlokkelijk. Er werd zelfs gesproken over windkracht 10 en 11. Nou zegt dat geen ene moer natuurlijk want als ik op dat moment met iemand een gesprek was begonnen over windkracht 12 of 13 had het nog indrukwekkender in dit verslag geleken, maar goed, er stond inderdaad een stijve bries. De ideale dag dus om vandaag het eiland vanaf de kant eens te bewonderen. Eerst gingen we langs het kantoortje van de wasserschutzpolizei waar we wat uitleg kregen over de natuurgebieden, waar we wel en niet mochten komen (Bug niet bijvoorbeeld, maar ja daar waren we al geweest). Ook werd er veel verteld over de aanwezige dieren op het eiland waaronder natuurlijk de kraanvogels. Na deze interessante uitleg stapten we met zijn allen in het rode busje (Deze is overigens van Fred) om richting Sassnitz te rijden voor een bezoek aan de “Königsstuhl”. Een reeks mooie witte krijtrotsen. Onderweg zagen we vele herten en kraanvogels. In mijn ogen zag ik op een gegeven moment elk zwart stipje in de lucht al voor een kraanvogel aan, maar ik werd gelukkig op de juiste momenten gecorrigeerd door de kenners, met de kritiek dat dit slechts een reiger, blinde vink of vliegtuig was. In Sassnitz aangekomen bleek dat ook de rondvaartboten vanwege de storm niet gingen varen. Onze wandeling verliep langs de boulevard, jachthaven en krijtrotsen. De golven spatten hoog op tegen de kant. Een sterk gemis aan mijn wildwaterbootje om nu lekker te gaan brandingvaren kwam boven…. Er werd nog een gezellig visrestaurantje uitgezocht voor de lunch waarna vervolgens het idee kwam om naar het eiland Ummanz te gaan omdat daar tegen zonsondergang duizenden kraanvogels zich zouden verzamelen. Er zou daar een grote uitkijkpost staan, van waar alles mooi te zien is. Dit leek ons een goed plan, dus we stapten weer in de bus (van Fred) . Op Ummanz aangekomen begon het al een beetje te schemeren. Vlak voor de uitkijkpost kwamen we nog een Nederlander tegen. We vroegen aan hem of hij de uitkijkpost al had gezien. “Ja” zei hij “een stukje verderop voorbij de bocht, maar de kraanvogels waren er nog niet”. “Nee, dat klopt”antwoordde Fred, “die komen pas om kwart voor 6 “!!! De uitkijkpost was inderdaad gauw gevonden maar de kraanvogels trokken zich noch van de afspraak met Fred; kwart voor 6; als de afgesproken locatie; vlak voor onze uitkijkpost; wat aan, maar vlogen daarentegen in de verte wat rond. Daar het ook nog steeds vrij koud was hadden we het al gauw gezien en reden we weer terug naar de camping. ’s Avonds in het restaurant op de camping kwamen we bij elkaar om de nieuwe plannen te bespreken voor de rest van de week. De wind bleef sterk dus het mooie stuk aan de oostkust was uitgesloten. Wel zou zuidoost of anders zuid een optie zijn. Ook leek het ons wel leuk om toch nog een korte trektocht te maken.
Wo 9 okt: Gager naar Thiessow buiten vv.22,25 kilometer
’s Morgens werd ik wakker van een klein irritant wekkertje (ken ik nog vanuit mijn scoutingtijd) dat maar bleef piepen in de tent van Gert. John had zijn wekkertje de avond ervoor netjes tussen de binnen en buitentent van Gert verstopt en nadat Gert wel 3 keer zijn horloge en mobieltje had uitgezet kwam het langzame besef door dat er toch iets anders aan het piepen was. Gelukkig voor hem was paaseieren zoeken altijd al zijn sterkste kant, dus na enig zoeken vond hij het onding. Er werd snel gegeten en opgeruimd, boten werden op het dak geladen en John en ik mochten voorop rijden om de route naar Sellin te bepalen. Toen we echter besloten om rondom Bergen te rijden in plaats van er dwars doorheen werden we al weer gauw ingehaald door de rode bus (had ik al verteld dat die van Fred is?) met de vraag of we de weg kwijt waren. Natuurlijk niet, en even later kwamen we zelfs langs de Fordgarage waar we ook nog even moesten zijn. Prima route dus en allemaal weer blij. Bij Sellin aangekomen zagen we helaas weer hoge golven rond de kaap en ook een aantal kilometers verder na deze kaap werd het er niet beter op . Laatste optie dus om naar Gager te rijden en de zuidkant te gaan varen. De tijd vloog inmiddels voorbij, het was inmiddels al 12 uur, maar we wilden toch nog wel even gaan varen natuurlijk. Vanaf Gager gingen we tegen de richting van klok in varen richting de kaap. Het kleine haventje zag er in het zonnetje rustig uit ondanks de frisse wind die er stond. De tocht voer ons langs een aantal schitterende rotswanden. Onderweg kwamen we nog een grote boei tegen die door mij werd beklommen.

Na even de clown te hebben uitgehangen waren mijn medevaarders toch zo aardig om mijn inmiddels weggedreven boot weer terug te brengen. Het zonnetje scheen nog lekker dus we voeren verder richting de kaap. Er zaten een paar leuke hoge golven daar maar ook wat vervelende rotsen in het water. Maar terug richting Gager konden we nog een beetje meesurfen op de golven zodat het tempo er lekker in zat. Ook kwam er nog iemand op het idee om onderweg tikkertje te gaan doen….. We merkten dat het al snel kouder werd dus de warme douches op de camping werden alom geprezen. Onder een kleine overkapping werd in het licht van een aantal hoofdlampjes gekookt en gegeten waarna we bijtijds naar bed gingen om fit te zijn voor de volgende dag.
Do 10 okt: 1e trekdag ,Gager naat Pritzwald 24 kilometer
Dit keer gingen tent en kookgerei mee in de boot omdat we er een korte trektocht van wilden maken. Gelukkig kan er in een zeekano net zoveel als in een “Riot Grind” dus dit was geen enkel probleem Vanaf Gager voeren we met de richting van de klok mee richting het eiland Vilm. Vlak voor dit eiland lag nog een metalen Fort dat sinds 1959 de baai bewaakte omdat het eiland Vilm privegebied was geworden van de Oostduitse Staatsfunctionaris. Het fort lag er donker bij en was nu compleet verlaten. Toen we echter flinke trek begonnen te krijgen en we op het eiland Vilm wilden gaan lunchen werden we onthaald door een tweetal mannen die ons duidelijk maakten dat we niet welkom op dit eiland/natuurgebied waren. Merkwaardig genoeg stond vlak achter hun een bord “Herzlich wilkommen auf Vilm”. Maar ja, dat gold alleen als je met HUN rondvaartboot naar het eiland kwam en niet met je kano. Ze droegen de kanosport dus niet echt een warm hart toe. Er zat voor ons dus niks anders op om met lege maag de overtocht naar het vaste land te maken. De rest van de tocht konden we varen met leuke golven die schuin achter ons vandaan kwamen. De wind nam ook weer flink toe. De overnachting werd gevonden op Camping Pritzwald met kleine vakantiehuisjes. Ondanks de vele bomen op deze camping waaide het zelfs op de camping nog vrij hard. Al gauw werd daarom het overdekte terras van een leegstaand vakantiehuisje geconfisceerd om ons de gelegenheid te geven uit de wind en droog, te koken en te eten.

======================================================
Naturschutzinsel Vilm Die Insel Vilm ist ein Kleinod der norddeutschen Küstenlandschaft. Sie liegt nahe der Insel Rügen im Rügischen Bodden, ist 2,5 km lang, knapp 94 ha groß, erhebt sich bis zu 37,7m über den Meeresspiegel und zeichnet sich durch eine einzigartige, für den südlichen Ostseeraum repräsentative, Naturlandschaft aus. Die beiden Inselkerne der Großen und Kleinen Vilm sind durch den Mittel-Vilm, eine schmale nehrungsartige Strandwallbildung mit eingeschlossenem Moränenkern, miteinander verbunden. Aktive Kliffs sowie junge Haken und Sandriffe zeigen, dass die Küstenausgleichsprozesse – Abtragung einerseits und Anspülung andererseits – hier bis heute als aktuelles Geschehen in Aktion sind. Auf der Insel ist nahezu das gesamte Spektrum von Küstenformen der südlichen Ostsee entwickelt und bis heute von menschlichem Einfluss ungestört geblieben. Bereits 1936 wurde die Insel Vilm nach den Vorschriften des 1935 erlassenen Reichsnaturschutzgesetzes als Naturschutzgebiet ausgewiesen. Seit Oktober 1990 ist das Naturschutzgebiet Bestandteil des Biosphärenreservates Südost-Rügen. Anders als zu DDR-Zeiten ist die Insel Vilm für Naturfreunde heute wieder zugänglich. Auf der Grundlage der Schutzverordnung für das Biosphärenreservat Südost-Rügen bietet die Stadt Putbus im Auftrage des Landes Mecklenburg- Vorpommern täglich eine öffentliche Führung für maximal 30 Personen an. Geschichte der Insel ViIm in Zahlen 1249 Vilm ist Besitz des Hauses zu Putbus 1336 3 Einsiedler leben auf Vilm, Stiftung einer Kapelle und Aufbau eines Gehöftes 1494 Altarweihe der erneuerten Kapelle am 22. September 1494 1527 letzter großer Holzeinschlag auf der Insel 1886 Errichtung eines Logierhauses 1936 Insel Vilm wird Naturschutzgebiet 1959 Sperrung der Insel für den öffentlichen Besucherverkehr, Errichtung einer Ferienhaussiedlung für hohe Staatsfunktionäre 1990 Aufbau und Eröffnung der Internationalen Naturschutzakademie ========================================================

Vr 11 okt: 2e trekdag Pritzwald naar Altefähr 31,5 kilometer
7 uur: Pieppiep…….pieppiep…..pieppiep. Hé weer dat rotding. Deze keer lag het wekkertje bij Stef en Monique in de tent. Pieppiep…… pieppiep. Blijft maar doorgaan, kunnen ze die wekker nou echt niet vinden? Wat blijkt, zijn ze allang op! Na een lekker ontbijt op ons privéterras met warme broodjes mogen de boten weer ingeladen worden. We waren in de veronderstelling dat het laatste stukje naar Altefähr niet al te ver zou zijn. Even de bocht om, het kanaal door en dan klaar maar dat viel vies tegen. Om 11 uur vertrokken we, weer met harde wind, dus waren we gelijk goed nat door de flinke branding. Nadat we echter het kanaal invoeren werd het weer beter. Net na de lunch zagen we nog een grote groep kraanvogels in een graanveld . Natuurlijk weer net NA de lunch! Deze werden door een aantal mensen beslopen op een manier waar ze in “Tour of Duty” nog wat van konden leren (je kon precies zien wie er in dienst hebben gezeten) en terwijl ik toch lag te wachten op hun terugkeer kreeg ik even het idee om deze tijd te benutten om mijn kanovuurpijlen eens uit te gaan testen om wat Vietcong effect toe te voegen aan het geheel, maar ja, ze zouden dit wel eens verkeerd kunnen opvatten. Na een flink stuk weer te hebben gepeddeld kwam de hoge scheepswerf van Stralsund weer in zicht, zodat onze neus flink op het feit; nog heel veel peddelen; gedrukt werd. Om 17u kwamen we aan in Altefähr. Helaas was het nog een lange loop naar de camping en heuvelop. Vervolgens ging ik met Ton en Fred lopen naar het station om de auto’s op te halen. Op het verlaten station zagen we dat de trein naar Bergen nog wel een uur op zich liet wachten en de kans was groot dat we de laatste busverbinding van Bergen naar Gager daardoor ook zouden missen dus besloten we gelijk maar de taxi te nemen. Terwijl de taximeter razendsnel op liep en ik al in de gaten kreeg dat hij verkeerd was gereden begon ik al te vrezen dat we te weinig geld bij hadden. Ook stonden er nog eens overal omleidingborden terwijl de weg gewoon berijdbaar was. Nadat ik duidelijk had gemaakt aan de taxichauffeur dat we door hadden dat hij heel erg om gereden was werd op het laatste stuk de taximeter gelukkig uitgezet. Na in het donker op de camping nog even naar een zakmes te hebben gezocht konden we snel weer terug rijden naar de camping. Niet binnendoor, maar gewoon de hoofdweg, en beduidend sneller dan de heenweg. De week werd afgesloten door het campingtoiletgebouw om te bouwen tot kantine. In ieder geval lekker warm. Het was een leuke gezellige week geweest ondanks het weer dat wat tegenzat.